Veel ‘not set’ in GA4? Zo pak je het aan voor betrouwbare data
Zie je regelmatig “not set” verschijnen in je GA4-rapporten? Dat is niet zomaar een foutmelding, maar een signaal dat er iets structureel misgaat in je tracking of tagging. GA4 registreert wél verkeer, maar weet niet waar het vandaan komt of welke waarde eraan gekoppeld is. Dat betekent verlies van cruciale inzichten, en dat heeft directe impact op je marketingbeslissingen.
Wat betekent ‘not set’ in GA4?
De melding ‘not set’ verschijnt wanneer een dimensie zoals bron, medium of landingspagina geen waarde heeft ontvangen. Dit gebeurt vaak in situaties waarin trackingconfiguratie niet optimaal is ingericht. Veelvoorkomende oorzaken zijn:
- Gebruik van Single Page Applications (SPA’s), waarbij paginawijzigingen niet automatisch als nieuwe sessie worden herkend
- Foutieve volgorde van het laden van tags in Google Tag Manager
- Ontbrekende parameters zoals UTM-tags of een referrer
Het goede nieuws? Deze problemen zijn oplosbaar, vaak met relatief eenvoudige aanpassingen. Lees hieronder snel verder.

5 praktische oplossingen voor minder 'not set' en meer inzicht
1. Zorg voor de juiste tag-volgorde in GTM
De Google-tag moet als eerste worden ingeladen, met uitzondering van de consent mode tag. Als andere tags eerder vuren, bestaat de kans dat sessie-informatie verloren gaat voordat GA4 deze kan vastleggen.
2. Gebruik een aparte tag voor page_view-events
Verstuur het page_view event niet vanuit de standaard GA4-tag, maar maak hier een aparte tag voor aan. Zo krijg je beter inzicht in wanneer een pagina écht wordt geladen en voorkom je meetfouten.
- Google-tag
- Event
3. Koppel Google Ads correct aan GA4
Zorg dat je Google Ads-account is gekoppeld met GA4. Zonder deze koppeling mist GA4 essentiële campagnedata, wat kan leiden tot ‘not set’ in je acquisitierapporten.
4. Implementeer consent mode goed
Op elke pagina moet de toestemming voor cookies correct worden verwerkt vóór het afvuren van je tags. Als dit niet gebeurt, kan dataverzameling geblokkeerd worden en dat leidt tot incomplete sessiegegevens. Dit is goed te controleren vanuit Google Tag Manager debugger > onder tabblad toestemming.
5. Controleer je UTM-tagging
Incomplete of foutieve UTM-parameters zijn nog steeds één van de grootste oorzaken van ‘not set’. Zorg dat elke campagne-URL minimaal een correcte utm_source, utm_medium en utm_campaign bevat.

Hulp nodig bij de inrichting?
Het resultaat: betrouwbare data, betere beslissingen
Met deze optimalisaties verbeter je de betrouwbaarheid van je data, worden sessies correct toegewezen aan de juiste kanalen en krijg je een scherper beeld van wat écht werkt. Zo maak je onderbouwde keuzes op basis van data waarin je kunt vertrouwen.
Zit je ook met ‘not set’-verkeer en geen idee waar het vandaan komt? Je bent niet de enige, maar het is wél op te lossen.
We helpen je graag verder. Stuur gerust een bericht, dan duiken we samen in de data.
Verder lezen over Data & Intelligence